Maandag 12 september 2022
Gisteravond hebben we tot een uur of 8 lekker buiten kunnen zitten. Eénmaal binnen begonnen we weer aan onze Rummicuppetitie. Na 4 spelletjes eindigden we in een gelijkspel.
Vanmorgen zijn we na het ontbijt op de fiets gestapt om de route “Vignobles et Châteaux” te gaan rijden. De route is, vanaf het startpunt midden in Kaysersberg, 27 kilometer. Het is qua moeilijkheid een eenvoudige route. Moeilijkheid wil niet zeggen dat je er licht of zwaar bij na moet denken maar zegt iets over het stijgingspercentage en de lengte van de heuvels die je op moet. Vandaag was de hoogst bult waar we over moesten maar liefst 440 meter en op enig moment was het stijgingspercentage 9 %. Maar goed, het was best te doen.
De route voerde langs en door de uitgestrekte wijnvelden. Overal zag je druivenplukkers aan het werk. De druiven worden veelal met de hand geplukt maar soms ook met een machine. Daar, waar met de hand geplukt is, zijn de duivenranken onbeschadigd en daar, waar machinaal geplukt is, zijn de balderen ook van de ranken verdwenen. Althans onderaan, want daar hingen de meeste druiven in volle trossen.




De druiven worden in grote bakken gedaan en worden dan per tractor met aanhanger vervoerd naar de wijnpersen. Uit het sap van de druiven ontstaat zogenaamd most en na het gistingsproces wordt dit uiteindelijk wijn.


Soms zien je langs de wegen bij de Wijndomaines een aanhanger met uitgeperste druivenresten staan. Deze resten worden als basis voor sterkedrank met een minimum alcoholpercentage van 40% gebruikt. Dit product wordt in Frankrijk “marc” genoemd en in Italië noemen ze het “grappa”.
Deze sterkedrank blijft lang goed als de fles al geopend is. Wijn daarentegen oxideert als de fles te lang open is. De wijn is dan niet meer drinkbaar. Marc of grappa drink je over het algemeen als een “digestief” na een maaltijd omdat het zoals de naam al een beetje aangeeft, de spijsvertering zal bevorderen.
In het historische stadje Hunawihr dronken we koffie met iets lekkers erbij. Je moet toch iets doen om de verbrandde calorieën weer aan boord te krijgen. In dit stadje kon je bij diverse bakkers kleine cocos-macroontjes kopen. Ook de vele soorten koek en leb-kuchen zijn er in diverse winkeltjes verkrijgbaar. Er was 1 bakker die kwistig zijn product aan het uitdelen was…





Na het bezoek aan dit stadje zijn we de route verder gereden. 80% van de route ging door de wijnvelden en het laatste stukje meer langs maisvelden en een bonenveld. Naar mijn idee waren het bruine bonen. De dop was al wat bruin, de boontjes erbinnen in nog wat groen.
Ik ga er dus echt van uit dat het bruine bonen waren. In Groningen maken ze daar “stamppot dreuge bonen” van. Vroeger heb ik dat ook wel eens gegeten. Mijn opa en oma en mijn ouders legden dan de geplukte bonen op een rek gemaakt van gaas en lieten deze drogen tot ze goudbruin-geel waren. Was goed te eten!
Op de terugweg zijn we nog even bij de Intermarche geweest om ons avondmaal zeker te stellen. Om halfvier waren we weer terug bij de camper. Vandaag 38 kilometer gefietst. Het was een leuke dag met stralend mooi weer. De temperatuur was zeker 25 graden.
Vanavond weer aan het strijden om de eer en morgen is er, bij leven en welzijn, weer een dag.
Wederom een pracht verhaal om van te smullen